Wat mijn hond Ruby mij leert over contact

Over hondenwijsheid, de Roos van Leary en groeien in relaties.

Stel je Ruby voor die losloopt in een bos. Zij komt andere honden tegen en weet feilloos aan te voelen wie er zin heeft in spelen, wie juist wat afstand nodig heeft, en wie onzeker is. Ze beweegt soepel mee met wat er nodig is. Als de andere hond dominant doet, wijkt zij uit of stelt juist grenzen. Als een pup onhandig enthousiast op haar afstormt, corrigeert ze zachtjes maar duidelijk. Ze volgt, leidt, speelt, stopt - allemaal op het juiste moment.

Dit gedrag lijkt natuurlijk, maar als je goed kijkt, is het complex. Ruby leest lichaamstaal, past zich aan, regelt de afstand, beweegt mee of stelt grenzen. Ze doet dit vanuit ervaring, instinct en een zekere balans in zichzelf. Ze is afgestemd - op zichzelf én op de ander.

Deze afstemming lijkt veel op wat het model de Roos van Leary beschrijft: een model hoe mensen elkaar beinvloeden in gedrag. Net als honden zijn wij voortdurend bezig met de balans tussen leiding nemen of volgen, verbinden of afstand houden. De roos maakt dat zichtbaar in acht gedragsstijlen, verdeeld over twee assen: boven-onder (leiden-volgen) en samen-tegen (verbinden-afstand).

Een voorbeeld:

  • Ben je thuis vaak degene die de boel organiseert (boven-samen), dan roept dat bij je partner misschien juist volgzaam gedrag op (onder-samen).

  • Op je werk kun je moeite hebben met collega´s die juist meer ´tegen´ gedrag vertonen: kritisch, terughoudend of controlerend.

  • In vriendschappen ben je misschien gewend om ruimte te geven, maar voelt het soms pijnlijk als die ruimte niet wordt benut om ook echt contact te maken.

Net als bij honden is dit niet altijd eenvoudig. We reageren niet alleen op de ander, maar ook vanuit onze eigen geschiedenis, context en stemming. Soms reageer je primair: je trekt je terug, bijt van je af, dramt door, of past je teveel aan. Niet omdat je dat je wilt, maar omdat je het zó hebt geleerd - of omdat je overprikkeld, moe of onzeker bent.

De kunst is om bewust te worden van je eigen plek in dit gedragsspel. Te herkennen hoe jij beweegt in contact met anderen. En vooral: hoe je dat kunt beïnvloeden als het vastloopt of niet goed voelt. In mijn psychotherapiepraktijk help ik mensen om zich hier bewuster van te worden - zodat je, net als Ruby in het bos, flexibel kunt reageren. Soms meer leiden, soms volgend. Soms verbindend, soms juist afstand nemend. En vooral: trouw aan jezelf.

Zelf leer ik iedere dag van Ruby. Hoe zij zonder woorden aanvoelt wat er nodig is - rust, ruimte of juist contact - raakt me telkens weer. Ze laat me zien wat het betekend om afgestemd te zijn, niet alleen op de ander, maar ook op jezelf. Als ik gespannen ben, is zij dit ook. Als ik aanwezig ben, ontspant ze. Ruby herinnert me eraan dat verbinding begint bij voelen, niet bij forceren. Dat is precies wat ik in mijn werk als psychotherapeut belangrijk vind, en waar ik zelf ook iedere dag in groei.

Previous
Previous

Herstel is topsport